PIANOWEDSTRIJD
Lever jouw antwoorden en opdrachten bij mij in vóór 15 maart.
Je kunt in totaal maximaal 100 punten halen en de beste wint een prijs.
Succes!!
Lever jouw antwoorden en opdrachten bij mij in vóór 15 maart.
Je kunt in totaal maximaal 100 punten halen en de beste wint een prijs.
Succes!!
A (vraag)
Wat hoor je, en in welke volgorde? (1 punt)
Je mag een of meer van de volgende woorden gebruiken:
B (vraag)
Wat is crescendo eigenlijk? (1 punt)
Een cadens is een samenstelling van de vier belangrijkste akkoorden van een toonsoort.
C (opdracht)
Speel de cadens van C na zoals op het filmpje en stuur mij dit op.
Je kan punten krijgen voor:
D (Vraag)
Wat is een omkering? (1 punt)
Geef een voorbeeld van een omkering (2 punten)
Intervallen zijn afstanden tussen twee noten.
E (Vraag)
Noem een voorbeeld van een terts (1 punt)
Noem een voorbeeld van een kwint (1 punt)
Noem een voorbeeld van een octaaf (1 punt)
F (Vraag)
Welke maatsoort wordt er gespeeld? (2 punten)
G (Opdracht)
Speel de toonladder na met twee handen. Je krijgt je punten voor de juiste vingerzetting! (2 punten)
H (Vraag)
Noem alle witte toetsen bij naam (1 punt)
Noem alle zwarte toetsen bij naam (1 punt)
I (Vraag)
Welke noten speel je met de linkerhand? (2 punten)
Lees alle noten, noem de namen van de noten op (2 punten)
Waar zit de centrale C? (2 punten)
J (Vraag)
Hoe heten de sleutels hierboven afgebeeld?
K (Vraag)
Je ziet drie verschillende handposities. Welke komen er allemaal voorbij? (2 punten)
L (Vragen)
Waar begint de toonladder van C?
Welke zwarte toetsen gebruik je bij de toonladder van C?
Waar begint de toonladder van G?
Welke zwarte toetsen gebruik je bij de toonladder van G?
Waar begint de toonladder van F?
Welke zwarte toetsen gebruik je bij de toonladder van F?
(2 punten totaal)
M (Opdracht)
Speel dit na in een filmpje op de “Staccato” manier en stuur mij dit op. (1 punt)
Speel dit na in een filmpje op de “Legato” manier en stuur mij dit op. (1 punt)
N (vraag)
Welke rusten kun je vinden?
Je kunt kiezen uit
Welke is langzaam?
Welke is snel?
(2 punten in totaal)
O (Opdracht)
Bij elk ritme past een woord. Het ritme klinkt zoals je dat woord uitspreekt.
Lees het ritme op de afbeelding. Maak een bijpassende songtekst bij deze noten.
Gebruik daarbij de volgende woorden:
(2 punten)
P (Opdracht)
Neem zelf een filmpje op waarbij je het volgende ritme klapt met je handen en stuur mij dit op. (3 punten)
Q (Vraag)
Teken een mol
Teken een kruis
Wat betekent een mol?
Wat betekent een kruis?
(2 punten in totaal)
Met welke hand speel je deze noten?
Met welke positie speel je deze noten?
Schrijf op welke vingerzetting de beste is.
(2 punten in totaal)
De cadens van G is net als de cadens van C goed om te kunnen, het hoort bij de basis van het pianospelen.
S (Opdracht)
Speel deze vlot na op video (10 punten)
Speel de cadens na met de juiste vingerzetting (5 punten)
Speel de cadens met twee handen tegelijkertijd (5 punten)
Bijgeleverd zijn twee pianostukjes. Vraag je docent welk pianostukje je moet spelen.